Tuussen Banyoles en Luzern
Nanne Sluis
Banyoles
Onderweg van Amsterdam naar Groningen, een reis die ik zo’n 2x per week maak. Roeien in Amsterdam, studeren in Groningen. En vaak ook roeien in Groningen. Dankzij het talentenfonds kan ik eerste klas reizen waardoor ik net wat meer ruimte heb om mijn vermoeide benen tot rust te laten komen.
Vandaag de derde en laatste dag van de seatraces voor de derde wereldbeker in Luzern. Of ik mag gaan is nog de vraag. Ik ben uitgeselecteerd voor de acht waardoor ik automatisch in de vier zonder ben beland. Over 2 dagen is de kwalificatie voor Luzern.
Even terug naar Banyoles, de eerste wereldbeker. Nadat ik mij in Italië in de holland 8 geroeid had was ons eerste en enige optreden de eerste wereldbeker in Banyoles, nabij Barcelona.
De week na het trainingskamp in Varese roeiden we in de 4, en 2 trainingen in de 8 met invaller Gijs Vermeulen, geen slechte invaller maar toch jammer dat je niet met de volledige acht kan roeien. Media icoon Sjoerd H, na zijn optreden in de Oxford acht niet meer van tv te slaan, zat die week voor zijn studie in Oxford waardoor we met onze acht nog maar 2 trainingen hadden voordat de boten naar Banyoles vertrokken. Ik als groentje van de ploeg vond dat merkwaardig maar heb alles maar gade geslagen en gedaan wat ik kon om de boot harder te laten gaan.
In Banyoles hadden we gelukkig ook nog een aantal trainingen. In deze trainingen maakten we goede stappen en hoewel het altijd harder kan begon het vertrouwen van de ploeg te groeien. Het vertrouwen dat we goud konden winnen in Banyoles.
Tijdens de trainingen in Banyoles en de races doe je wat je altijd doet. Je kop bij het roeien, ogen in de boot en geven wat je hebt.
Wel voelt het een beetje als een van je eerste wedstrijden. Vooral buiten de races en trainingen om weet je niet zo goed wat er gaat gebeuren en wat er van je verwacht wordt. Je bent een ploeg maar iedereen doet zijn eigen ding. Tot op de dag van de race. De dag van de race merk je dat iedereen (eindelijk) gefocust is en dat de neuzen dezelfde kant op staan. Dat geeft een goed gevoel.
Met vertrouwen gingen we de finale in. We waren in de ‘exhibition race’ op zaterdag derde geworden maar we wisten dat er meer in zat. En we wilden dit maar al te graag laten zien. Het zou zeker wel een taaie pot worden met de harde wind tegen die een uur voor de wedstrijd flink was komen opzetten.
Met golven die over de boordrand sloegen zag ik de riemen voor me (ook schuin voor de riemen van de Italianen) letterlijk alle kanten op vliegen. Het werd een race van rammen en overleven. Nadat de eerste halen gemaakt waren kwamen we redelijk op stoom en op 250 meter roeiden we alsof het de laatste minuut van de race was. Wel gecontroleerd maar hard onder water. Goede klappen maar er ontbrak nog teveel om ons vertrouwen bevestigd te zien in de uitslag. Gezien de voorbereiding was het geen slechte race. Maar daar doe je het niet voor. Je roeit geen wereldbeker om mee te doen en ‘geen slechte race’ te varen. Je roeit om maximaal hard te gaan. Misschien dachten de coaches daar anders over, of verschilden we in ieder geval van mening over hoe je dit kan bereiken.
Met de ervaring van deze wereldbeker op zak ging het traject naar de derde wereldbeker beginnen. Selecties voor de acht, nu zonder Sjoerd maar met Olivier en Meindert die net teruggekomen waren uit de States.
Het werd een periode van hard trainen, veel onduidelijkheden, een groeiend ongenoegen en onbegrip onder de roeiers en onzekerheid. Na mijn selecties voor de eerstejaars acht en de tweede jaars vier, waarbij ik allebei vrij zeker was van een plek in de boot, heb ik nooit meer hoeven selecteren voor een roeiboot. Alleen voor de Fisu, waar ik ook vrij zeker was van een plek en de selecties maar 1 dag waren, en geen 4 weken. Mentaal zijn dat zware weken. Je doet wat je kan, en dat is roeien. Dan doe je ook nog eens je best om je beste roeien te laten zien maar als dat niet lukt, om welke reden dan ook en het gaat niet zoals jij dat wil dan is dat zuur, zuur en zwaar.
Roeien bij de bond. Het is anders dan ik had verwacht.
Na een week van seatraces is de verwachte acht de acht geworden en de verwachte vier de vier. Hoewel je er nooit zeker van bent, of het eens bent met de manier van selecteren, is al gauw vrij duidelijk wat de coaches verwachten dat de acht gaat worden. En meestal, niet altijd, maar meestal klopt dat wel. Zo zit ik nu in de 4. Niet de prioriteitsboot maar als we komende zondag hard genoeg varen mogen we naar Luzern. Hoewel iedereen de benen goed leeg geroeid heeft deze week staan de komende 2 dagen in het teken van herstel, samen roeien en zo goed mogelijk voorbereiden voor zondag. Want zondag moeten we maximaal hard om die reis naar Luzern te verdienen. En met verdienen bedoel ik niet alleen dat we mogen gaan, maar dat we er ook echt thuis horen. Dat we in Luzern mogen laten zien dat we kunnen en dat het hard gaat. Want dat we hard kunnen staat als een paal boven water. Hoe hard gaan we zondag zien. Nu alle onzekerheden van de afgelopen weken achter de rug zijn heb ik er weer zin in. Lang stilstaan bij de teleurstellingen ga je ook niet harder van roeien. Relativeren en weer gaan.
Ik heb Sybolt nog niet gebeld voor mentale ondersteuning maar na de KHB zal ik zeker even bij je langskomen voor een kop koffie, de nodige pannenkoeken en een goed gesprek!
Nanne
Reacties
He Nanne, goed stuk en veel succes.
Heel veel succes, Nanne. Mooi verhaal. Jammer van de 8, maar 4tjes zijn ook mooi.
Mooi eerlijk verhaal! Succes zondag