Een verslag van de Olympische Spelen 2004 door de ogen van Jan-Willem.
Eindelijk weer een kleine update, en dit keer vanuit Athene. Omdat wij buiten het Olympisch dorp verblijven hebben wij niet echt makkelijk beschikking over internet.
Het hotel waarin wij verblijven heeft op dringend verzoek van de aanwezige equipes welgeteld 1 computer met internet geïnstalleerd en daar moeten wij het mee doen. In het Olympisch dorp zal dit allemaal veel beter voor elkaar zijn.
De laatste dagen in München zijn goed verlopen. Wij hebben nog lekker wat rondgevaren in onze oude boot, een beetje ge-ergometerd en een beetje gestabiliseerd. Maandag was het dan eindelijk zover, het vertrek richting Athene. Eindelijk gaat het dan echt beginnen, eindelijk komt het echt dichtbij.
Met de bus richting vliegveld en vandaar, je raadt het al, door richting Athene. Op het vliegveld werden wij opgewacht door allerlei mensen van de organisatie. Door een aparte gate werden wij richting de accreditatiezone geleidt. Accreditatie in ontvangst nemen en op naar de bagageband, alwaar onze bagage door speciale bagagetilmannetjes op karretjes werd geladen. Met de wagentjes richting de bussen en op naar het Olympisch dorp. Er zijn nog 9 mensen die moeten accrediteren en de enige plek waar dit kan is in het dorp zelf. Hoewel wij pas de tweede week van de Spelen naar het dorp zullen verhuizen, kunnen wij er nu al even aan ruiken.
Toch net even te lang wachten na een vliegreis en busreis, maar uiteindelijk toch op pad richting hotel. Eenmaal aangekomen bij ons hotel kan ik niet anders zeggen dan dat het een behoorlijke ontluistering was. Voor 450 dollar per nacht verwacht je normaliter toch iets meer dan wij nu krijgen. De prijzen zijn echter vanwege de Spelen geëxplodeerd en de prijs-kwaliteit verhouding is werkelijk helemaal zoek. Van buiten ziet alles er echt heel goed uit, maar eenmaal binnen, tja!
Maar goed als je moe bent slaap je overal, dus kleren uit en tukken maar.
Volgende dag twee keer getraind en HET grote voordeel van ons hotel ondervonden, als een van de zeer weinige ploegen lopend naar de roeibaan! Dit in tegenstelling tot andere ploegen die veelal een lange busreis moeten ondernemen vanuit of het Olympisch dorp of een locatie ergens in de buurt van de baan. Voordat je de baan opkunt toch even met je tasje door een bagagescan, maar dan kan de verkenning beginnen. Tijdens het varen ook lekker rondgekeken en voor het eerst weer met Simon gevaren. De golven waar iedereen zo een drukte om heeft gemaakt hebben wij gelukkig niet gezien en ook de keiharde wind bleek alleen een briesje te zijn.
De eerste dag hier zit er nu op en langzaam begint alles en iedereen zijn plek te vinden. Vanaf nu zal het denk ik alleen maar beter gaan en kunnen wij in alle rust toewerken naar de eerste wedstrijd zondag!
Groeten en tot gauw!
Voordat ik mijn visie op de situatie geef ik eerst die van mijn waarde kamergenosse Matthijs.
“Het ontbijt was weer niet te hakken, mijn nieuwe &*%$*#-vriespakje is weer niet aangekomen in tegenstelling tot die van jou. Wij moesten weer in die *&*%($ - hitte naar de baan lopen omdat wij nog steeds geen fiets hebben. Er is nog steeds geen internet, behalve die ene kakkend trage MsX-dos waarvoor je ook nog fucking 5 euro per uur moet betalen, maar waar je toch niet aan toe komt omdat er nog 100 wachtenden voor je zijn. Mijn bedlampje is nog steeds niet gemaakt, de TV doet het nog steeds niet en die extreem piepende *(^%($-deur heb ik nu ook echt wel eens genoeg van. MAAR, het roeien ging erg lekker vanmorgen”.
Het lijkt nu of wij het hier niet naar onze zin hebben, maar niets is minder waar! Wij vermaken ons hier prima, maar er zijn inderdaad een aantal op- en aanmerkingen hier en daar. Omdat de roeibaan een kilometer of 40 buiten het dorp ligt heb je niet echt het idee dat je meedoet op de Olympische Spelen. Het toernooi tot nu toe verschilt niet echt heel erg veel van een “normale” grote internationale wedstrijd. Ik neem aan dat dit zeer zeker nog gaat veranderen, maar eigenlijk vind ik het nu wel prima zo. Waarom zou je immers iets belangrijker maken dan het is?
Via Giant hebben wij een aantal fietsen tot onze beschikking gekregen. Geen normale fietsen, maar knaloranje lowriders lijken het eigenlijk! De fietsen trekken in ieder geval veel bekijks, maar om nou te zeggen dat zij echt heel erg lekker fietsen, nee! Verder zijn wij de laatste dagen gewoon lekker aan het trainen, de meeste dagen 2 keer, soms 1 keer. Op donderdag nog even een 500 en een 1000 gedaan. Roeien was niet echt heel goed, maar de tijden waren goed, ook in vergelijking met de dames8 die ook afstandjes hadden gedaan.
Nu zijn wij eigenlijk de dagen aan het aftellen tot de voorwedstrijd. Wij hebben inmiddels al weer een aantal dagen met Simon geroeid en dat gaat iedere dag beter. In onze voorwedstrijd liggen de Australiërs, de Duitsers, de Fransen en de Polen. Niet echt een gunstige loting, maar ook niet ongunstig gezien de andere voorwedstrijd met daarin de Canadezen, de Amerikanen, de Britten en de Italianen. Zondag om 11.30 plaatselijke tijd (10.30 Nederland) zullen wij het gaan zien.
Ik ben erg benieuwd en moet zeggen dat ik erg veel zin heb in zondag!
En dan pak je zomaar ineens de Duitsers in de voorwedstrijd! Het hele jaar is dit nog niet gelukt en dan, als het moet, kunnen wij het wel. Onze tijd, 5,25.26 is een persoonlijk record voor onze acht en voor de Gyas. De Aussies wonnen onze voorwedstrijd in 5,23.23, maar ook dat was nog niet genoeg voor de snelste dagtijd. In een Noord-Amerikaans onderonsje verpletterde de Amerikanen het huidige wereldrecord en doken als eerste acht ooit onder de 5,20 min. grens. Hun tijd van 5,19.85 is nu het nieuwe wereldrecord, waarvan ik denk dat het misschien nog verbroken kan worden hier in Athene. De Canadese wereldkampioenen voor eveneens ver onder het oude wereldrecord, maar bleven op 0,61 sec. van de Amerikanen steken. Het bal is geopend en er wordt behoorlijk hard doorgedanst moet ik zeggen.
Doordat wij tweede zijn geworden in onze voorwedstrijd hebben wij een relatief gunstige herkansing. Samen met de Italianen en de Fransen moeten wij strijden voor de twee plaatsen die toegang geven tot de finale.
Of de herkansingen zoals gepland op dinsdag gevaren worden is nog niet duidelijk, omdat de vooraf zo gevreesde wind inmiddels zijn gezicht heeft laten zien. Zondagmiddag was de baan al gesloten als gevolg van de wind en maandag zijn alle wedstrijden afgelast en kon er slechts zeer beperkt getraind worden. De ergometers die mee zijn gekomen uit Nederland bieden in dit geval uitkomst.
Vanaf nu is het eigenlijk van dag tot dag leven en kijken wat de hoge heren beslissen. Alles is afhankelijk van de wind en daar moeten wij mee leren leven. Vooralsnog gaan wij ervan uit dat wij dinsdagmiddag de herkansing varen, maar zeker weten doen wij het niet.
Nu de Spelen eindelijk zijn begonnen en er ook medailles verdeeld worden begint ook hier de boel tot leven te komen. De Olympische sfeer wordt steeds sterker en ook het publiek en de aankomst van familie en vrienden dragen daartoe sterk bij.
Het toernooi is begonnen en het spel gaat op de wagen. Na de voorwedstrijden kan ik alleen maar zeggen dat het niveau erg hoog is, dat het spel zeer scherp gespeeld gaat worden en dat ik erg benieuwd ben naar de rol die wij kunnen spelen in het geheel!!
Na de opsteker in de voorwedstrijd, waar wij toch verrassend van de Duitsers wonnen hebben wij geconstateerd dat roeien op de Spelen toch echt anders is dan “zomaar” een wereldbeker. Op de Spelen is alles mogelijk, dus ook voor ons. Verhoudingen die tijdens het seizoen gegroeid zijn, moeten overboord gezet worden en resultaten uit het verleden bieden op de Spelen zeer zeker geen garantie.
Zoals Gijs het verwoordt heeft; “Wij lijden aan het Calimero-effect”. Anderen zijn altijd groter, beter enz. dan wijzelf. Door onze tweede plaats in de voorwedstrijd hebben wij een relatief eenvoudige voorwedstrijd geloot. Samen met Italië en Frankrijk mogen wij gaan uitvechten wie er in de finale liggen zondag en wie er zaterdag mag/moet aantreden in de B-finale. De andere herkansing bestaat uit wereldkampioen Canada, Duitsland, Polen en Groot-Brittannië. De herkansingen voor de mannenacht stonden origineel gepland op dinsdag. Door de wind was de baan echter een dag gesloten en zijn de herkansingen opgeschoven naar woensdag.
Om van ons Calimero-syndroom af te komen hebben wij tijdens onze voorbespreking op dinsdagavond besloten dat wij de herkansing hoe dan ook willen winnen, ook al moeten wij er heel erg hard voor roeien. Een herkansing is altijd een erg moeilijke wedstrijd, omdat iedereen tot het uiterste gaat voor zijn laatste kans en de zogenaamde “kamikaze-start” komt in dit soort wedstrijden dan ook vaak voor.Nu zijn wij zelf niet echt een ploeg die echt fan is van de “kamikaze-start”, maar zijn wij meer van het vlak varen en het varen van een goede tweede kilometer.
In de herkansing blijkt dat dit ook deze keer een goede tactiek is. De Italianen vertrekken als een duvel uit een doos vanuit de blokken, met ons er achteraan en de Fransen die de lichten uitdoen. Na 250 meter vinden wij ons ritme en is het met de Italianen aan de kop van het veld snel gedaan. In T36 stomen wij langs de Ito’s die nog steeds rond de 40 keer per minuut over hun slidings racen, met de Fransen nog steeds op 3.
Deze verhoudingen blijven tot vlak voor de finish hetzelfde. De Fransen krijgen dan echter de geest en de Italianen moeten hun “kamikaze-start” en hun laatste 250 meter in halve bank bekopen met een plek in de B-finale. Hoe de Fransen het gedaan hebben weet in niet, maar zij drukken hun puntje net iets eerder over de lijn dan de Italianen.
Dat de grens tussen vreugde en verdriet niet dichter bij elkaar kan liggen dan in de sport wordt vervolgens maar weer eens geïllustreerd. Opgeluchte (en toch ook zeker wel blije) Nederlanders, uitzinnige Fransen en diep, diep teleurgestelde Italianen. Dat de Canadezen en de Duitsers ook de finale halen, mag geen verrassing heten, dat de Canadezen er nog hard voor moesten roeien wel.
Samen met de Amerikanen, de Australiërs, de Canadezen, de Fransen en de Duitsers mogen wij zondag gaan strijden om de medailles.
En dan heb je opeens een zilveren tjoeper van de 28-ste Olympische Spelen om je nek hangen! Zelf kan ik het allemaal nog niet bevatten en ik denk dat dat ook nog wel een week of wat gaat duren ook! In mijn stoutste dromen had ik rekening gehouden met een mogelijkheid tot het winnen van brons. Ik wist dat wij lekker bezig waren, dat de laatste training op zaterdag stukken erg goed roeien omsloot en dat wij er zondagmorgen echt allemaal klaar voor waren, echt allemaal retescherp. Iedereen was met 1 ding bezig, liep dwars door iedereen heen, maar dit!!
Toen Cheung rond de 1300 riep dat Duitser terugvielen en wij gingen schuiven wist ik dat het ok ging, het ritme was ouderwets goed, maar op de 1500 riep hij al dat wij op zilver lagen, fucking zilver!!
De laatste 500 liepen wij alleen maar in op de Amerikanen en uit op de Aussies en de rest van het veld. 400, 300, 200, 100, laatste halen, Tuut, Tuut! ZILVER!! Een droom, maar dan echt. Echt ongelofelijk, het moest echt van ver komen, maar de pijn was snel weg kan ik je zeggen. Ontploffende tribunes, mensen die uit alle macht proberen het water te bereiken om ons zwemmend te kunnen feliciteren! Voor veel tevergeefs omdat zij door de beveiliging worden opgepakt. Gelukkig was Robert een van de weinigen die er wel doorkwam en mij zo kon feliciteren, echt geweldig. De emoties, pijn, opluchting, zweet en tranen, echt heel erg mooi! Sport is zo ontzettend gaaf!
Wij zijn de laatste kilometer echt als een stoomtrein door het hele veld gedenderd, een Nederlandse stoomtrein die wel op tijd liep. Hoe wij het gedaan hebben weet ik niet, maar met schuine wind tegen moeten wij toch of heel erg sterk zijn, of gewoon heel erg goed geroeid hebben. Ik denk eigenlijk het laatste. Het hele seizoen was het zo dat wij er gestaan hebben als het moest en dat hebben wij nu weer gedaan! Om dit op de Spelen voor elkaar te kunnen krijgen is echt een topprestatie. Wij hebben ook echt dramatische trainingen gevaren op de Bosbaan, momenten gehad waar op je dacht, mijn God waar moet dit heen, maar steeds als er weer een race dichterbij kwam, ging het beter, steeds beter. Iedere wedstrijd zijn wij beter geworden. Ze zeggen wel eens dat je racers en trainers hebt, en ik denk toch echt dat wij racers zijn. Niet dat wij niet hard getraind hebben, wij hebben de ballen uit onze broek getraind, maar op wedstrijden konden wij net iets extra’s brengen, net een beetje beter, net een beetje harder, net datgene wat je blijkbaar op de Spelen nodig hebt.
Na enigszins bijgekomen te zijn, maar nog totaal verdoofd door alle indrukken en gedachten roeien wij naar het mediavlot, elkaar feliciteren, uitzinnige vreugde, schreeuwen naar de overkant, naar familie en vrienden. Dan een kwartier praten met de pers, foto’s maken, Amerikanen feliciteren, Aussies “condoleren”. Weer de boot in, richting erevlot!!!
Als je dat op TV ziet is het speciaal, maar zelf op de Olympische ringen mogen staan, onwerkelijk gewoon! Dat Matthew Pinsent onze medailles uitreikt is iets dat het plaatje alleen maar geweldiger maakt, alles klopt gewoon vandaag!
Na de races zo snel mogelijk naar familie en vrienden toe, eindelijk is het voorbij, eindelijk mag alles weer, weer alles eten wat je wilt, weer in de zon zitten wanneer je wilt, overal heen wanneer je wilt en vooral weer familie en vrienden zien wanneer je wilt. Bij ons hotel champagne, een paar lullenpotten en vooral opluchting en genieten. Aan het eind van de middag met de bus richting het Holland Heineken House, eindelijk kennis maken met dit fenomeen. De hele eerste week hebben wij weinig tot niets van de Spelen meegekregen. De opening niet gelopen, weinig sporten gezien door een gebrek aan TV, niet in het dorp geweest, geen Heineken House gezien, niets, maar nu dan toch eindelijk. Eerst heerlijk eten met familie in de atleten lounch, daarna opmaken voor de huldiging. Hoewel dit een hoog “We are the Champions-gehalte” heeft is het echt een ervaring om nooit te vergeten. Een uitzinnige massa mensen, kransen, muziek, licht echt mooi! Na de huldiging nog naar Mart Smeets en daarna eindelijk biertjes drinken met familie en vrienden, eindelijk een feestje vieren.
Om een uur of 03.00 met de bus weer richting hotel, de champagne en het bier hebben toch een redelijke uitwerking gehad, maar ik heb er bewust enigszins mee opgepast. Afscheid nemen van iedereen die morgen vertrekt en weer weg, voor de laatste keer richting Schinias.
Proberen te slapen, maar dat is toch moeilijk na zo’n dag. Er spoken echt allerlei dingen door mijn hoofd, alles moet nog een plekje vinden, maar dat zal nog wel even duren.
Morgen verhuizen richting het Dorp, waar een nieuwe week vol verassingen te wachten staat!